Met trots heten wij Regional Jet Center welkom in onze community. Regional Jet Center (RJC) is de voormalige ‘onderhoudspoot’ van Martinair en is gespecialiseerd in het onderhoud, de reparatie en revisie van (onderdelen van) Embraers.
“Wat niet veel mensen weten is dat RJC het grootste Embraer vliegtuigonderhoudsbedrijf in Europa is en de derde grootste in de wereld”, vertelt Managing Director Michiel van der Eijk. “Sommige luchtvaartmaatschappijen, grotendeels ‘regionals’, komen speciaal naar ons voor hun onderhoud. Aurigny Air Services is bijvoorbeeld een regionale Engelse luchtvaartmaatschappij die tussen de kanaaleilanden heen en weer vliegt en niet op Amsterdam. Ze hebben zeven toestellen, waarvan één Embraer, die ze een paar keer per jaar naar Schiphol vliegen voor onderhoud. Ook andere buitenlandse maatschappijen zoals Georgian Airways en Portugalia weten ons te vinden. Dit heeft er vooral mee te maken dat wij zowel de specialistische kennis voor de Embraers in huis hebben als het onderhouds- en reparatiemateriaal dat daarvoor nodig is”.
KLM Cityhopper
Naast het onderhoud van de buitenlandse regionals is KLM Cityhopper (KLC) met 54 Embraers verreweg de grootste klant van het RJC. “Het onderhoud van KLC is voortgekomen uit het feit dat wij een dochteronderneming van KLM zijn. In december 2008 werd Martinair 100% dochter van KLM en in april 2013 zijn alle Engineering & Maintenance taken overgebracht naar Hangar 73 (de voormalige Fokker fabriek). Eerst waren wij nog onderdeel van Martinair, maar sinds 2015 zijn wij als Regional Jet Center een eigen B.V.”, aldus Van der Eijk.
Groei
Bij het RJC werken momenteel rond de 280 mensen, waarvan circa 170 in het vliegtuigonderhoud en ruim 100 in ondersteunende diensten als planning, logistiek en training. “Maar we zijn weer aan het werven”, vervolgt Van der Eijk. “KLC is aan het groeien en verwacht in 2023 meer dan 60 Embraers te hebben, dus dat betekent dat wij meer onderhoudspersoneel nodig hebben.
Opleiding en werving van personeel
Geschikte mensen vinden was de afgelopen jaren niet gemakkelijk, hoewel de coronacrisis deze situatie tijdelijk wel veranderd heeft. Dat heeft enerzijds te maken met de manier waarop vliegtuigonderhoudspersoneel in Nederland wordt opgeleid. Naast de mbo4-opleiding Vliegtuigtechniek moet je aparte (Part 66) modules volgen en dan duurt het nog drie tot vijf jaar totdat je een volwaardige grondwerktuigkundige (GWK) bent. Waar het op neer komt is dat je vanuit de overheid en de ROC’s wordt opgeleid tot algemeen techneut, maar dan ben je er nog niet. Anderzijds zijn er genoeg geschikte belangstellenden uit het buitenland; in het Midden-Oosten zitten bijvoorbeeld hele goeie GWK’s, maar voor hen is het lastig om een verklaring van geen bezwaar (VGB) te krijgen.
LCS
Dit brengt mij ook op een van de redenen waarom wij ons wilden aansluiten bij LCS: dat je als groep van bedrijven sterker staat richting overheid of ROC’s wanneer je dingen wilt veranderen. De problemen waar wij tegenaan lopen ten aanzien van de opleiding en werving van personeel, zie ik bijvoorbeeld ook bij Transavia, KLM en JetSupport. Een andere reden voor onze aansluiting bij LCS is het vergaren van kennis. Wij zijn nu bijvoorbeeld in gesprek met Déhora over zelfroosteren. Een programma dat gestart is vanuit LCS en wat we niet zelf hoefden te bedenken, want het was al bedacht. Die brede kennis en dat netwerk van bedrijven is echt een toegevoegde waarde van LCS”, besluit Van der Eijk.
Meer informatie over toetreden tot onze community? Neem contact op met Frank van der Laan via frank.van.der.laan@schiphol.nl.
